Als gemeente zetten wij in op tal van voorzieningen zoals de gemeentelijke infrastructuur zoals het openbaar domein, afvalbeheersing, veiligheid, administratie en andere diensten waarvan eigenaars, huurders of andere gebruikers van woningen kunnen genieten.
Daarnaast is een gemeentelijk heffingsreglement op tweede verblijven ook wenselijk om de sociale cohesie te versterken en het wonen voor eigen inwoners te bevorderen door tweede verblijven te ontmoedigen. Dit sluit aan bij het woonbeleidsplan van de gemeente, dat inzet op betaalbaar en kwaliteitsvol wonen.
Tweede verblijven veroorzaken immers onrechtstreeks extra druk op het (huur)woningaanbod, wat de betaalbaarheid en kwaliteit van woningen negatief kan beïnvloeden. Door te vermijden dat woningen langdurig leegstaan d.m.v. een leegstandsbelasting en het aantal tweede verblijven te beperken d.m.v. een belastingreglement op tweede verblijven, wil de gemeente zowel het beschikbare aanbod voor inwoners vergroten maar eveneens een coherent en levendig sociaal weefsel in de buurten ondersteunen.
Daarom is het logisch en billijk dat ook eigenaars van tweede verblijven een bijdrage leveren via een belasting op tweede verblijven.
Het bestaande reglement van 22 juni 2023 dient aangepast te worden.
Artikel 170 §4 va, de Grondwet.
De wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en de verblijfsdocumenten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een rijksregister van de natuurlijke personen.
Het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen van 13 april 2019.
Het gemeentedecreet van 15 juli 2005, specifiek artikelen 42, 43, 186, 187 en 253, met latere wijzigingen.
Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen.
De omzendbrief ABB 2019/2 van 15 februari 2019 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding, betreffende de gemeentelijke fiscaliteit.
Het arrest van de Raad van State van 4 juni 1997 – nr. 66.545.
Het arrest van de Raad van State van 27 oktober 2015 – nr. 232.700.
Het arrest 27 september 2016 van het Hof van Beroep te Gent inzake de gemeentebelasting op tweede verblijven in de gemeente Knokke-Heist. In dit arrest, dat een grote voorbeeldwaarde heeft voor andere gelijkaardige belastingreglementen, besloot het Hof dat de bescherming van residentiële bewoning en het behoud van een boeiend en coherent sociaal leven een valabele verantwoording vormen voor de belasting op tweede verblijven.
De raad keurt het gemeentelijk heffingsreglement op tweede verblijven Nieuwerkerken, zoals opgenomen in bijlage, goed.