2025_BURG_00003 - Chirojongens Wijer: organisatie kampvuur tijdens fakkeltocht op zaterdag 15 februari 2025 - Goedkeuring

De burgemeester verleent toelating aan de chirojongens Wijer, Giel Duchamps, Schansstraat 147, 3850 Nieuwerkerken, voor het organiseren van een kampvuur in de plantage t.h.v. Hoeve de Mierhoop, 3850 Nieuwerkerken op zaterdag 15 februari 2025, mits naleving van de opgelegde voorwaarden en richtlijnen:

1. Het kampvuur wordt gehouden op een veilige afstand van elke bebossing en/of bebouwing. Die afstand kan in overleg met de brandweer bepaald worden. Voor gebouwen is dit voor een kampvuur van beperkte omvang minimum 6 m.
2. Als er een ingerichte plaats voorzien is voor het maken van kampvuren, dan dient deze plaats gebruikt te worden.
3. De hoogte van de brandstapel is maximum 2 m.
4. Rond de brandhaard is een fysische veiligheidszone aan te brengen die in meter minstens overeenkomt met 1,5 maal de hoogte van de brandstapel. Deze veiligheidszone is niet toegankelijk voor het publiek.
5. De hellingshoek gevormd door de brandstapel en ondergrond mag de 60° niet overschrijden. De hellingslijn van de brandstapel dient gemiddeld gezien recht te zijn.
6. De brandstapel heeft een grondoppervlak van maximum 5 m². Dit komt overeen met een cirkel met diameter 2,5 m. Indien de ondergrond van de brandhaard en de bijhorende veiligheidszone niet van aarde is, dan moet deze ondergrond bedekt worden met een laag vochtige aarde of zand van minstens 5 cm dikte en dit alvorens met de opbouw van de brandstapel te beginnen. Geen vegetatie in deze veiligheidszone.
7. De brandstapel moet zodanig gebouwd worden dat brandende stukken niet buiten de brandhaard kunnen vallen. Hiertoe zal de stapeling zo worden uitgevoerd dat de dikste en zwaarste stukken zich onderaan en in het midden van de brandstapel bevinden, terwijl de dunnere en lichtere stukken aan de buitenzijde worden geplaatst.
8. Het advies voor het kampvuur is onder opschortende voorwaarde van de omgevingsfactoren:
   • Indien een code ROOD of ORANJE wordt afgekondigd op basis van de brandrisicocode wordt het brandweeradvies automatisch herzien naar ONGUNSTIG voor het aanmaken van het kampvuur. De vermelde risicocodes zijn te raadplegen via www.natuurenbos.be.
   • De organisator moet rekening houden met de weersomstandigheden en neemt gepaste maatregelen. De waarschuwingen in verband met het weer zijn te raadplegen via www.meteo.be. Waarschuwingen inzake wind of onweer samen met risicocode GEEL of ORANJE leiden tot opschorten van het kampvuur.
   • Bij code GEEL dient, alvorens het kampvuur aan te maken, een bijkomend advies aan de brandweer gevraagd te worden.
9. Bij een windkracht van meer dan 4 Beaufort moet het kampvuur afgelast worden.
10. De voorraadstapels of opslagplaatsen bevinden zich op voldoende afstand, minimaal 25 m, van de vuurhaard en moeten vlot bereikbaar zijn voor de brandweer.
11. Het vuur wordt enkel aangestoken met klein hout, papier en eventueel aansteekblokken. Benzine, gasolie of andere brandstoffen zijn daarvoor streng verboden. 
12. De organisatoren zorgen ervoor dat in de onmiddellijke omgeving van het kampvuur geen obstakels voorkomen waarover personen kunnen vallen of struikelen. 
13. De organisator ziet erop toe dat de personen die rond het kampvuur zitten geen kleding dragen die gemakkelijk brandt of smelt zoals nylon, polyester, rubber regenjasjes, fleece, ...
14. Indien in de omgeving van het vuur tenten of barakken aangewend worden, zijn de materialen voor de opbouw van deze zaken altijd deugdelijk en goed onderhouden. Bij gebruik van een tent zorgt de organisator voor een attest waaruit blijkt dat het tentzeil uit moeilijk ontvlambaar materiaal bestaat, brandgedrag klasse A2 of M2.
15. Het kampvuur wordt gehouden onder constant toezicht van een meerderjarige. Deze persoon werd hiervoor afgevaardigd door de organisator en is niet onder invloed. Het vuur mag niet onbewaakt achtergelaten worden tot het volledig uitgedoofd is.
16. De organisatoren zorgen voor voldoende blusmiddelen. Minimaal dienen volgende eisen te worden nageleefd:
    1. Minimaal dienen er 2 snelblustoestellen van het type 6 kg poeder ABC, of van het type water/schuim met minimaal 1 bluseenheid (6 of 9 liter), voorzien te worden in de onmiddellijke omgeving van de veiligheidsperimeter. Snelblustoestellen van het type CO2 kunnen slechts in supplement getolereerd worden. Deze blustoestellen dienen te voldoen aan de NBN EN3, het attest hiervoor wordt afgeleverd door APRAGAZ. De toestellen moeten tevens een sticker dragen met het BENOR kenmerk. Elk blustoestel heeft een onderhoud gekregen in de loop van de laatste 12 maanden. De onderhoudsvereisten zijn vastgesteld in de norm NBN S21-050 “inspectie en onderhoud van draagbare brandblussers”. Bij het niet aanwezig zijn hiervan dient een waterslang onder druk in de nabije omgeving aanwezig te zijn. Eveneens dient er voldoende nat zand aanwezig te zijn voor het afdekken van het vuur.
    2. De blusmiddelen moeten bedrijfsklaar zijn en op een goed zichtbare en gemakkelijk bereikbare plaats worden opgesteld. Elke medewerker moet deze blusmiddelen kunnen gebruiken en moet ingrijpen bij het minste gevaar.
    3. De hydranten in de onmiddellijke omgeving van de inrichting worden altijd vrijgehouden en zijn gemakkelijk bereikbaar voor de brandweer.
17. De toegangswegen tot de inrichting of kampplaats worden altijd vrijgehouden en zijn gemakkelijk bereikbaar voor de hulpdiensten.
18. De organisatie stelt alles in het werk om:
    1. het ontstaan, de ontwikkeling en de voortplanting van brand te voorkomen;
    2. de veiligheid van de aanwezigen te waarborgen;
    3. preventief het ingrijpen van de brandweer te vergemakkelijken;
    4. de omwonenden van het terrein waarop de verbranding plaatsvindt in kennis te stellen van de activiteit.
19. Na afloop van het kampvuur wordt door de organisator een rondgang uitgevoerd en zal de brandhaard en de directe omgeving zorgvuldig gecontroleerd worden op achtergebleven vuurresten. Deze resten worden gedoofd. Besprenkel met water en/of dek af met voldoende nat zand.
20. Alle vuurhaarden moeten worden gedoofd met een overvloedige hoeveelheid water en de resterende brandstof moet zo spoedig mogelijk worden verwijderd. 

De burgemeester heeft het recht de organisatie van het evenement te verbieden indien de weersomstandigheden een verhoogd risico opleveren of indien de algemene veiligheid in het gedrang komt.

De burgemeester geeft toelating voor het organiseren van een kampvuur. De hulpverleningszone Zuid-West Limburg werd op 14 januari op de hoogte gebracht. De opgelegde voorwaarden en richtlijnen van de brandweer moeten worden nageleefd.

Een afschrift van onderhavige beslissing wordt gezonden aan:
- De hulpverleningszone Zuid-West Limburg
- De PZ Sint-Truiden – Gingelom - Nieuwerkerken
- De organisatoren van de activiteit