Het voorgelegde aangepaste meerjarenplan 2020-2026 - Beginkrediet 2024 bestaat uit de volgende onderdelen:
- de strategische nota;
- de aangepaste financiële nota, die bestaat uit:
- het aangepaste financiële doelstellingenplan (schema M1);
- de aangepaste staat van het financieel evenwicht (schema M2);
- het aangepaste overzicht van de kredieten (schema M3);
- de toelichting;
- een motivering van de wijzigingen;
- de documentatie.
Het beschikbaar budgettair resultaat voor 2026 wordt geraamd op 1 981 682 euro.
De autofinancieringsmarge voor 2026 wordt geraamd op 529 812 euro.
De gecorrigeerde autofinancieringsmarge voor 2026 wordt geraamd op 596 494 euro.
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
Het Provinciedecreet van 9 december 2005.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen.
Het Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.
De raad stelt zijn deel van het aangepaste meerjarenplan, dienstjaren 2020-2026 - Beginkrediet 2024 vast.
Het aangepaste meerjarenplan, dienstjaren 2020-2026 - Beginkrediet 2024 wordt neergelegd op het sociaal huis, waar eenieder er altijd ter plaatse kennis kan van nemen.
Een afschrift van dit besluit en de inhoud ervan worden bekendgemaakt via de webtoepassing van de gemeente, zie artikel 286 en 332 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen.
In het meerjarenplan 2020-2026 heeft de gemeente een aantal subsidies voorzien. Enerzijds deze gebaseerd op een reeds door de raad goedgekeurd subsidiereglement, om tot uitbetaling over te gaan is slechts een beslissing van het vast bureau vereist. Anderzijds zijn er ook subsidies voorzien waarvoor geen reglement voorhanden is, de zogenaamde 'nominatieve' subsidies.
Volgens het oude BVR BBC (d.d. 25 juni 2010) maakte de lijst met nominatief toegekende subsidies integraal deel uit van de beleidsnota van het budget (cf. art. 16, 6° BVR BBC). Deze lijst met nominatieve subsidies in het budget hield eigenlijk (impliciet) de beslissing van de raad in tot toekenning van die subsidies. Vooraleer over te gaan tot uitbetaling van deze subsidies werd nog een beslissing door het vast bureau genomen maar deze mocht niet afwijken van de bedragen en begunstigden, opgenomen in deze lijst. In het nieuwe BVR BBC (d.d. 30 maart 2018) wordt deze lijst niet meer opgenomen als onderdeel van het meerjarenplan. In de documentatie bij het (aangepast) meerjarenplan moet echter wel een overzicht worden opgenomen van de toegestane werkings- en investeringssubsidies (dit zijn alle ramingen op MAR 649 en 664) (cf. art. 4, 1ste lid, 3° van het MB BBC). Dat betekent dus ook de nominatieve toelagen. Dat overzicht houdt echter niet langer een beslissing in, maar is louter informatief.
Voor de bevoegdheid tot het toekennen van subsidies dient teruggevallen te worden op de artikelen 41, 2de lid, 23° en 78, 2de lid, 17° van het DLB. Deze artikelen bepalen dat de bevoegdheid voor “het toekennen van nominatieve subsidies” toekomt aan de raad. De raad moet dus een besluit nemen tot nominatieve toekenning van elke subsidie afzonderlijk. Om niet elk dossier apart voor te leggen aan de raad wordt thans globaal een lijst van nominatief toe te kennen subsidies voorgelegd aan de gemeenteraad die deze kan goedkeuren voor uitbetaling in 2024.
Wanneer bij de toekenning van deze bedragen zou afgeweken worden of wanneer een nieuwe nominatieve subsidie zou toegekend worden aan een begunstigde die niet in de overzichtslijst in de documentatie (en bijlage) is opgenomen én deze binnen de grenzen van de globale exploitatie of investeringen blijft, dient dat betreffend dossier apart aan de OCMW-raad voorgelegd te worden voor goedkeuring zonder dat een aanpassing van het meerjarenplan vereist is.
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de BBC (BVR BBC).
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de BBC (MB BBC).
De omzendbrief KB/ABB 2019/4 over de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de BBC.
De raad keurt de lijst van nominatieve subsidies 2024, zoals opgenomen in bijlage, goed. Deze mogen uitbetaald worden in de loop van het jaar 2024.
De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van deze beslissing.
Artikel 219 van het decreet lokaal bestuur bepaalt dat de algemeen directeur jaarlijks moet rapporteren over de organisatiebeheersing.
In het algemeen kader organisatiebeheersing, goedgekeurd door de raad op 16 februari 2023, werd bepaald dat de algemeen directeur jaarlijks in december rapporteert over de organisatiebeheersing.
De rapportering organisatiebeheersing werd besproken op het managementteam van 28 november 2023.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, maar bepaald artikelen 217 tot en met 220.
De raad neemt akte van de rapportering over de organisatiebeheersing, opgesteld door de algemeen directeur.
Mevrouw Annick Vannijlen is op 31 december 2023 van rechtswege ontslagnemend als lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst.
Mevrouw Josiane Carlens werd op 24 november 2022 voorgedragen volgens het decreet lokaal bestuur, artikel 92, tot opvolger van mevrouw Annick Vannijlen.
Uit de voorgelegde geloofsbrieven - zijnde een recent uittreksel uit het bevolkingsregister, een recent uittreksel uit het strafregister en een verklaring op eer over de onverenigbaarheden - blijkt dat mevrouw Josiane Carlens aan alle voorwaarden voldoet om als lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst te worden geïnstalleerd.
Artikel 92 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De raad neemt akte van het ontslag van rechtswege op 31 december 2023 van mevrouw Annick Vannijlen als lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst.
De raad keurt de geloofsbrieven goed van mevrouw Josiane Carlens, aangeduid als opvolger van mevrouw Annick Vannijlen.
Mevrouw Josiane Carlens, wonende Rode Haagstraat 10 te 3850 Nieuwerkerken, wordt uitgenodigd om de eed af te leggen in de handen van de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn.
Vanaf 1 juli 2023 werd de maatregel lokale diensteneconomie (LDE) ingekanteld in het individueel maatwerk. Lokale besturen die samenwerkingsverbanden hebben met LDE-ondernemingen (Nieuwerkerken met AKSI vzw voor woonzorgtaken) kunnen vanaf 2023 tot 2025 jaarlijks een werkingssubsidie ontvangen.
Deze middelen kunnen enkel aangewend worden om deze lokale aanvullende diensten op te zetten en te organiseren. De Vlaamse regering vraagt om tijdens de overgangsfase (2023-2025) deze middelen toe te kennen aan de bestaande samenwerkingsverbanden.
OCMW en gemeente Nieuwerkerken hebben maar één samenwerkingsverband dat in aanmerking komt voor de toekenning van deze werkingssubsidie, nl. de samenwerkingsovereenkomst met de vzw AKSI. Hiervoor ontving de gemeente Nieuwerkerken voor 2023 een bijdrage van 2 204,45 euro.
OCMW Nieuwerkerken voegt daarom een addendum toe aan de bestaande samenwerkingsovereenkomst van 24 april 2018 met vzw AKSI en vraagt aan de gemeente Nieuwerkerken om de werkingssubsidie uit te betalen.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn keurt het addendum aan de samenwerkingsovereenkomst met vzw AKSI in het kader van de werkingsmiddelen voor aanvullende lokale diensten goed.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn vraagt aan de gemeente Nieuwerkerken om de werkingssubsidie ten bedrage van 2 204,45 euro voor 2023 over te maken aan vzw AKSI.
De rechtspositieregeling zoals opgenomen in bijlage.
De besprekingen in het managementteam d.d. 7 november 2023.
Het protocol van het onderhandelingscomité d.d. 14 november 2023.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 januari 2023 tot vaststelling van de minimale voorwaarden van de rechtspositieregeling van het personeel van lokale en provinciale besturen, zoals gewijzigd tot op heden.
De raad keurt de aanpassingen aan de rechtspositieregeling, zoals opgenomen in bijlage, goed.
Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de toezichthoudende overheid.
Het besluit van de raad van 21 november 2019.
Het is aangewezen deze bedragen aan te passen aan de wijzigende levensomstandigheden.
De nodige middelen zijn voorzien in het budget.
Het protocol van akkoord zoals bereikt na onderhandelingen in het bijzonder onderhandelingscomité van 14 november 2023.
De raad stelt de bedragen voor de attenties vast als volgt:
|
Gebeurtenis |
Bedrag |
|
|
Geboorte/adoptie |
100 euro |
bloemstuk |
|
Huwelijk |
100 euro |
bloemstuk |
|
Overlijden |
100 euro |
bloemenkrans |
|
Overlijden echtgenote, samenwonende partner, kind, ouder, inwonende broer/zuster/schoonbroer/schoonzuster |
100 euro |
bloemenkrans |
|
Ziekte die arbeidsongeschiktheid tot gevolg heeft van +21 kalenderdagen: - personeelslid: doktersattest - mandataris: na kennisgeving en bevestiging door een collega mandataris |
50 euro |
bloemstuk |
|
Hospitalisatie + 7 kalenderdagen |
50 euro |
bloemstuk |
Deze regeling gaat in vanaf 1 januari 2024.
Het feit dat het OCMW deelnemer is van de dienstverlenende vereniging Cipal (“Cipal”).
De oproeping tot de Algemene Vergadering van Cipal van 14 december 2023 met de volgende agendapunten:
De toelichtende nota van Cipal betreffende de agendapunten van deze Algemene Vergadering.
De voorstellen van de Raad van Bestuur van Cipal.
Er zijn geen redenen voorhanden om goedkeuring van de agendapunten te weigeren.
Na beraadslaging en stemming.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (“DLB”) en in het bijzonder op art. 77 inzake de bevoegdheid van de raad voor maatschappelijk welzijn en inzake de intergemeentelijke samenwerking.
De statuten van Cipal.
Het raadsbesluit van 21 februari 2019 inzake de aanduiding van de vertegenwoordiger van het OCMW op de Algemene Vergaderingen van Cipal.
De raad keurt op basis van de bekomen documenten en de toelichtende nota de agendapunten van de Algemene Vergadering van Cipal van 14 december 2023, zoals overgemaakt per e-mail d.d. 27 oktober 2023 goed.
De vertegenwoordiger van het OCMW wordt gemandateerd om op de Algemene Vergadering van Cipal van 14 december 2023 te handelen en te beslissen conform dit besluit. Indien deze Algemene Vergadering niet geldig zou kunnen beraadslagen of indien deze Algemene Vergadering om welke reden dan ook zou worden verdaagd, dan blijft de vertegenwoordiger van het OCMW gemachtigd om deel te nemen aan elke volgende vergadering met dezelfde agenda.
Het vast bureau wordt gelast met de uitvoering van onderhavig besluit en in het bijzonder met het in kennis stellen daarvan aan Cipal.